top of page
20240623_155839.jpg
  • Writer's pictureLoek Willems

Rock Werchter 2019

Updated: Oct 30, 2020

Heet, maar nooit echt tot een kookpunt

Verslag van mijn inmiddels 17e bezoek aan het Werchter festivalterrein. De omstandigheden zijn vanaf het begin duidelijk, het wordt meer dan warm, met een tropische uitschieter op zaterdag in het vooruitzicht. Het hitteplan is ingezet en wij hebben zelf de nodige verkoeling op camping De Klokkeberg geregeld. Ook de organisatie van Rock Werchter heeft uitstekende maatregelen getroffen. Op het terrein zijn diverse sprinklers met waternevels, voldoende tappunten voor gratis water en de twee tenten kennen een prima luchtverkoeling.

DONDERDAG 27 JUNI

We pikken het eerste concert mee aan de achterkant van The Slope, het wat kleinere charmante buitenpodium. De IJslandse rockers van VINTAGE CARAVAN trappen daar af met een stevige maar melodieuze show. Solide band in het Vicking metal genre.

De postrock van MOGWAI in The Barn sluit hier prima op aan. Lange uitgesponnen met name instrumentale nummers groeien langzaam tot een muur van geluid. Zonder echte songstructuur is het voor een middagprogramma nog een beetje zware kost, zou sfeervoller bij voldoende schemer (en genotsmiddelen) zijn.

Terug naar The Slope voor GEIKE. Geike Arnaert is de ex-zangeres van de succesvolste periode van het Belgische Hooverphonic en meest bekend om haar bijdrage in Zoutelande van Blof. Het wordt geen vingerwijzing naar het verleden, maar een set die een Novastar-achtige sfeer uitstraalt, melodieuze pop/rock zonder echte uitschieters. Kabbelend maar lekker te luisteren op een zonnige namiddag.

Voor nostalgie gaan we naar The Barn voor RICHARD ASHCROFT. Het wordt een fijne mix aan britpop, balancerend tussen eigen solo-nummers en die uit tijdperk van The Verve. Het is daarom ook volle bak en opener “Sonnet” wordt met zijn mooie karakteristieke stem ingezet. Tot twee keer toe kippenvel bij nummers als “A song for the lovers” en “The drugs don’t work”. De euforie is compleet als de hele tent mee brult bij afsluiter “Bitter Sweet Symphony”.

Bij schemering mag de populaire band BASTILLE als een na laatste op de Mainstage aantreden. Voor Bastille geldt een beetje hetzelfde als het Keane effect een aantal jaren geleden. Altijd veilig, nooit opwindend, maar toch alom meegezongen hitjes. Na een paar jaar niet meer gezien te hebben is de invloed van de samenwerking met Marshmello te vinden in een wat afwisselende sound zoals in de samenwerking met hit “Happier”, maar ook ballad “World gone mad”. Als in een roes op een zomeravond voldoende om weer wat af te koelen na de hitte. Het obligate meegezongen eey-ooh, eey-ooh bij “Pompeii” blijft na afloop nog even na-ijlen.

Er liggen na de eerdere ontmoeting met P!NK op Pinkpop en Rock Werchter hoge verwachtingen voor de afsluitende headliner van de dag. De headliner status is gezien de rest van het dagprogramma terecht en maakt popkoninging P!NK zeker waar. Het brutale, eigenzinnige rebelse meisje van een aantal jaren geleden heeft plaatsgemaakt voor een zelfbewuste (uitgeraasde) vrouw. Niet alleen in haar nummers vooral autobiografisch terugkijkend maar ook visueel een reis door het priveleven van P!nk in een over the top Amerikaanse voorgeprogrammeerde show met vakantiekiekjes en jeugdfoto’s. En hoewel de show visueel en qua choreografie goed in elkaar steek knaagt het door de soms wat lange overgangen door alle verkleedpartijen. Flitsend wordt het evenwel toch bij “Get the party started”, “So what” en “Funhouse”.

VRIJDAG 28 JUNI

Al relatief vroeg in de middag mag NOTHING BUT THIEVES starten op de Mainstage. Een band die gezien hun respectabele muziek tot nu toe en uitstekende live performances een betere spot verdiend later op de dag of in de avond. Niettemin lukt het de band prima om het vroege publiek te pakken met nummers als “Trip switch”, “If I get high” en indrukwekkende “Sorry”. Met een strakke en stevige “Amsterdam” gaat de band met de nodige bombast van het podium af.

In The Barn pikken we hierna de band WARHOLA mee die als invaller mag spelen. Warhola hoort tot de electropop generatie van Belgische bands zoals Oscar & the Wolf en Bazart. De broeierige zang, bezwerende synthsounds en zweverige dansjes zorgen voor een hypnotiserende trance met goed dansbare nummers.

Voor meer danswerk en een echt feestje zorgt de band JUNGLE. De enigszins verkoelde Barn kan geen weerstand bieden aan de tropische en broeierige zwoele sfeer die ontstaat. Een fijne mix aan funk en soul wordt opzwepend afgevuurd op het publiek. De twee beste nummers worden als toetje bewaard en de meerstemmige kwaliteiten komen tot hun recht in prijsnummers “Busy earnin’” en “Time”.

Verrassing van de dag komen we even later tegen op dezelfde locatie en dat is het trio KHRUANGBIN. De Texaanse band die geinspireerd is door Thaise funk en frisse Oosterse funkrock. Op wat oerkreten na is het vooral een psychadelische instrumentale set, opzwepend dansbaar en boeiend tot eind.

Op Mainstage is dan de band die op Pinkpop mijn sympathie heeft gewonnen, BRING ME THE HORIZON. Van een afstand gezien opnieuw opzwepende metal/rapcore die het prima doet op het grote podium met Linkin’ Park achtige meezingers als “Follow you” en het heerlijke “Throne”.

Dan begint de avond met twee legendarische bands uit de rockgeschiedenis als dubbele headliners. Allereerst speelt de THE CURE bij ondergaande zon wat sowieso al een dromerige sfeer geeft. Begin van de set is rustig opgebouwd met o.a. “Lovesong” en “In between days”. Het ultieme moment van de zonsondergang valt samen met het duistere “A forrest”, een beter sfeerbeeld is niet te bedenken, kippenvel. Net als op Pinkpop heeft The Cure daarna nog een encore van maar liefst acht nummers dat van “Lullaby” tot aan afsluiter “Boys don’t cry” ons nostalgie gevoel als 40-plussers nog even in de oude Kobus tijd doet wanen.

En dan is het moment eindelijk daar, dertien jaar wachten op een van de best bewaarde rockgeheimen uit de muziek, het veelal onbegrepen en duistere TOOL, hate it or love it. Dit was het wachten meer dan waard om in volkomen donker meegezogen te worden in een soundtrack langs lugubere filmbeelden die David Lynch doen overtreffen. Muzikaal is Tool een solide machine met een drummer die onnavolgbare wiskundige reeksen drumt, en een bas en gitaar die naadloos aansluiten. Strak en snel waar het hard moet zijn, maar ook geheimzinnig en traag waar het opzwepend wordt, min of meer een metalversie van de vroege Pink Floyd jaren. Tool is niet bepaald een publieksvriendelijke band waarbij zanger Maynard Keenan liefst wegduikt en achter de drums verstopt als soort verhalenverteller zijn liedjes zingt en naar muzikale hoogten brengt. Favorieten als “Aenema”, “Schism”, “Forty six & 2” komen allemaal voorbij en uitsmijter “Stinkfist” maakt de boel helemaal af. Als je na dertien jaar afwezigheid zo terug komt bereik je de mythische status vanzelf, vooruitlopend op de rest van het programma zal de comeback van Tool waarschijnlijk het enige echte hoogtepunt zijn wat we over jaren zullen blijven herinneren aan Rock Werchter 2019.

ZATERDAG 29 JUNI

Het is vandaag bloedheet richting 35 graden plus. De dagindeling wordt daar ook op ingesteld en we blijven extra lang in de schaduw op onze camping. Toch is er een band waarvoor we de hitte en zon nog willen trotseren bij de onbeschutte Main stage, en dat is BEAR’S DEN. Deze sympathieke folkrockband uit Engeland imponeert door de kleine liedjes en prachtige close harmonie zang en gitaar aangevuld met koperwerk. De laatste jaren heeft de Nederlandse gitarist/zanger Christof van der Ven zich in de live band gespeeld als sessie muzikant, maar mag ook prominent op de voorgrond meedoen. Bij het prachtige “Above the clouds of Pompeii” lopen ondanks de zinderende hitte de rillingen over het lijf, zo mooi.

We vinden vervolgens verkoeling of beter gezegd beschutting in The Barn waar de Noorse zangeres AURORA optreedt. Met dromerige dansbare electronische pop doet ze enigszins denken aan de muziek van Bjork. Theatraal dansend en zwevend over het podium zweept ze onbewust het publiek op en maakt indruk. Ietwat verlegen en klein ontvangt ze het applaus met een iel stemmetje, wat zodra ze gaat zingen veranderd in een flinke strot. Na een goed opgebouwde show zit de climax in de finale met hitje “Running with the wolves” en sterk nieuw nummer “Daydreamer”.

Hierna volgt hitmachine CLEAN BANDIT die met band en ondersteund door twee zangeressen en violisten voor een uurtje pop zorgen. Tussen veel alternatieve muziek en rock in is zo’n uurtje ‘guilty pleasures’ ook wel even fris en herkenbaar met hits als “Symphony” en “Solo”, maar op zijn allerbest met klassieker “Rockabye”.

Het is altijd even afwachten met FLORENCE & THE MACHINE, het ene festival is de andere niet, maar op Rock Werchter heeft ze altijd iets magisch. Zo ook vandaag, als een soort charismatisch Yomanda voert deze powervrouw een muzikale healing uit met publiek. Als een soort Lord of the rings elf zweeft en rent Florence over het podium en duikt vele malen tot zorg van haar beveiligers vol in het publiek en knuffelt zowat elke fan die vooraan staat. Het ziet er allemaal aandoenlijk uit, en met nummers als “Queen of peace”, “Dog days are over” en “You got the love” is ook het meezing gehalte aanwezig. Door alle ren- en klauterpartijen raakt ze ook licht gewond aan haar scheenbeen en met bloederige jurk gaat ze gewoon door in de finale en sluit ze af met “Shake it out”.

Na Florence nog even naar The Slope om kennis te maken met de band SLOW READERS CLUB afkomstig uit Manchester. De Britse dansbare gitaarsound is herkenbaar en doet denken aan de wave invloeden van Editors en New Order (en is daarmee een voorproefje voor de komende dag).

De finale voor vandaag is voor MUMFORD & SONS op de Main stage. Vanwege de mooie muziek een goede headliner, maar of het genoeg is voor een volledig festivalterrein? Het is goed en veilig maar vandaag lijkt het net iets langdradiger en afstandelijker als op Pinkpop drie weken geleden. Waar publiek en band elkaar automatisch vonden toen, bleef de band lang op het hoofdpodium staan en leek het kruit al haast verschoten door het vroege spelen van “Little Lion man” en “Babel”. Bij momenten met enkele nummers als “Believe” kwam het stadionachtige van Coldplay voorbij, maar was het al met al een langgerekt optreden naar een finale met “I will wait”.

ZONDAG 30 JUNI

Allerlaatste dag alweer en de ergste hitte is voorbij, maar nog steeds warm met een gewenst briesje. Onze landgenoten van DE STAAT mogen vandaag op de Main stage laten zien dat ze internationale allure hebben. Het wordt een afgemeten mix aan rock, beats en hiphop, opzwepend en eigenzinnig. Ondanks het vroege tijdstip lukt het de Nijmegenaren aardig om de boel op te schudden. Theatraal als in “Input source select” en “Pikachu”, dansbaar als in “Get on screen” en een moshpit als bij “Witch doctor”. Het is wellicht een van de meest uitzonderlijke circle pits die ooit te zien is geweest waarbij een opgetilde rolstoelganger meedraait in de ronddraaiende kolk mensenmassa. En na afsluiter “Kitty Kitty” mag De Staat met een tevreden gevoel het podium verlaten.

De vreemde eend in de bijt vandaag is YUNGBLUD en wat is het eigenlijk, een popster, rockster of aansteller? Geen van allen, een eigenwijze jonge nieuwe versie van allure Robbie Williams met schijt aan alles en vooral veel zelfspot. Die spot wordt al duidelijk als hij in een zwarte jurk met roze sokken het podium op komt rennen. Talent, sensatie of one day fly, we gaan het de komende jaren zien, maar dit is uiterst vermakelijk en aanstekelijk. In een soort energie a la Twenty One Pilots blaast Yungblud zich door een punk/pop/rock achtige set waarbij ook credible rocknummers voorbij komen en meezingers als “I love you, will you marry me”.

In het kader van de kleinere concertjes bij The Slope pikken we hierna ZEAL & ARDOR mee. Een Zwitserse rockband met grauwe maar melodieuze metal in combinatie met een soort slavenkoor achtige samenzang. Duister maar meeslepend en potentie voor meer, in elk geval groter dan het kleinste podium.

Een band die de afgelopen jaren aan de top van de Vlaamse muziek staat is BALTHAZAR, een reden des te meer dat ze de Main stage krijgen om te spelen. Het is wellicht de nieuwe dEUS maar dan wat minder rauw en meer verfijnd. “Blood like wine” maakt met de zin Raise your glass to the night time alvast symbolisch de toost naar de avond die ons te wachten staat.

De een na laatste act op de Main stage vandaag is GRETA VAN FLEET. Zonder enige hits, maar met een snel rijzende live reputatie toch gedurfd op een prominente plek geprogrammeerd. Vaak gerefereerd als de nieuwe Led Zeppelin, en hiermee wordt de lat hoog gelegd. Het kost even wat moeite te wennen aan de zanger die eruit ziet als een Amerikaanse tiener nerd met iel stemmetje, maar na wat gewenning wordt je in de muziek meegezogen. Meeslepende harde (blues)rock die verrassend genoeg overeind blijft en smaakt naar meer de komende jaren.

Nog even een trip to memory lane naar de vroeg jaren tachtig. In The Barn, daar vinden we oudgediende NEW ORDER die een gebalanceerde set heeft met bijna alle Joy Division / New Order klassiekers die ze hebben geschreven. Zangtechnisch nooit hoogstaand, maar muzikaal nog altijd even relevant. In een filmische film noir setting komen underground hits als “Bizarre love triangle” en “True faith” voorbij. Episch wordt het als de tonen van “Blue Monday” aanzwellen. Een nummer wat de tand des tijds al meer dan 35 jaar heeft overleefd en nog zo relevant klinkt als nu. Als je niet in de jaren tachtig meegegroeid was zou je denken dat Chemical Brothers en Underworld de vernieuwers waren in dance muziek, maar alles herleid terug naar dit nummer. Een al even legendarisch nummer dat in de loop der jaren is uitgegroeid tot een festivalklassieker is de toegift “Love will tear us apart”.

De ultieme finale is dan weggelegd voor MUSE. Het is groots, bombastisch met een gigantisch decor en angstaanjagend monster die op Beast van Iron Maiden lijkt. Daarmee komt de muziek al even hard als dreigend binnen. Ondertussen kan Muse teren op een grote hoeveelheid meezingers als “Plug in baby”, “Supermassive black hole”, “Madness” en “Starlight”. Het is goed en strak, en het enige wat er eigenlijk aan wringt is dat het over-geregisseerd is en meer accent op acteerwerk van Matthew Bellamy lijkt te hebben dan ruimte voor zijn muzikale diversiteit. Het missen van de zwaar beladen piano rocksongs is daarmee gelijk een smetje en doet verlangen naar de tijd dat alle showelementen achterwege bleven. Alleen in de finale met zware bombast van “Stockholm Syndrome”, “New Born” en “Knights of Cydonia” is de ouderwetse Muse van het eerste uur verlost van deze showneigingen en eindigt het naar tevredenheid.

Overall is Rock Werchter 2019 behalve het optreden van Tool nergens echt legendarisch geworden en is het daarmee spannend wat dat gaat betekenen voor de toekomst op gebied van headliners en artiesten die op een Main stage nog kunnen imponeren en feest maken.




24 views0 comments

Recent Posts

See All

Comments


bottom of page